Het seminar

 

De politiek is aan zet!

De rapporten die TNO en andere onderzoeksinstellingen vanaf 2009 hebben opgesteld zijn zonneklaar: het is de hoogste tijd om het probleem ‘achterstallig onderhoud civiele kunstwerken’ onder ogen te zien en daar een helder beleid voor te ontwikkelen.

Vandaar de titel van het seminar: De politiek is aan zet!

En met ’politiek’ bedoelen we dan: de landelijke overheid, de provincies, de waterschappen en bovenal de 342 gemeenten in Nederland.  Verreweg de meeste ‘kunstwerken’ zijn in bezit en beheer bij die gemeenten.

De gemeenten hebben tot taak hun beheerareaal in kaart te brengen, compleet met alle feitenmateriaal die daarbij van belang is: bouwjaar, gebruikte materialen, de staat van onderhoud, enzovoort.

Daarom lijkt samenwerking en afstemming tussen overheden en met name gemeenten lijkt van groot belang, teneinde een planning te kunnen maken van diverse projecten in een regio, ook vanuit oogpunt van verkeershinder.  Ook adviesbureaus, kennisinstellingen en aannemers die de uitvoering voor hun rekening nemen, spelen bij dit alles een voorname rol.

 

Een open discussie

De organisatoren van het seminar mikken op een open discussie tussen alle betrokken partijen en deskundigen. Natuurlijk mag of moet ‘het probleem’ zo helder mogelijk worden beschreven, maar het mag niet te technisch worden. Uiteraard mag de technische expertise niet ontbreken om ook input te kunnen geven aan samenwerkingsverbanden. Diverse autoriteiten op dit gebied hebben hun komst en medewerking toegezegd.

Cees Grimbergen, bekend als presentator van televisieprogramma’s als Rondom Tien en Hollandse Zaken, zal de discussie in goede banen leiden en de zaken waar het om draait zo helder mogelijk  aan de oppervlakte proberen te krijgen. Daarbij zal het panel zo deskundig en divers mogelijk van samenstelling zijn. Natuurlijk krijgt de zaal alle gelegenheid voor inbreng en kritische vraagstelling.

 

Waarom 23 september?

Op 23 september 1854 werd Cornelis Lely geboren. Dus op 23 september van dit jaar precies 170 jaar geleden. Hij is in de historie van Nederland een grootheid op het gebied van de civiele techniek.

Cornelis Lely was als waterbouwkundige en politicus/bestuurder nauw betrokken bij de voorbereiding van de drooglegging van de Zuiderzee en de realisatie van de bijbehorende Afsluitdijk. Koning Willem III refereerde in de Troonrede van 1874 al aan de mogelijkheid om de Zuiderzee in te polderen.

Ondanks het feit dat Cornelis Lely in drie kabinetten Minister van Verkeer en Waterstaat was, duurde het nog jaren en jaren voordat de plannen concreet werden. Een stormvloed in 1916 was de ‘beslissende druppel’ die de Zuiderzee-emmer deed overlopen. In 1932 was de Afsluitdijk klaar. Cornelis Lely overleed in 1929 op de leeftijd van 74 jaar en heeft het zelf dus niet meer mogen meemaken.

Maar niet voor niets is hij de naamdrager van de hoofdstad van Flevoland en staat bij Batavialand (nabij Bataviastad) een prachtig standbeeld van de man. Het lijkt volkomen terecht om 23 september uit te roepen tot Dag van de Civiele Kunstwerken en vervolgens jaarlijks stil te staan bij ‘aanleg, vernieuwing en onderhoud’ van deze kunstwerken.

 

De zeven aandachtspunten van het seminar

We onderscheiden bij het seminar zeven punten die om verheldering dan wel actie vragen:

1
Er zijn sinds 2009 uitstekende (prognose)rapporten verschenen, maar deze hebben nog niet geleid tot activering van gemeenten. Hierop is blijkbaar geen beleid vanuit de provincie of het Ministerie van I & W. Hoe komen de gemeenten in beweging?

2
Inspectierapporten hoeven niet nageleefd te worden (denk aan de Nelson Mandelabrug in Zoetermeer). Bij een auto geldt toch dat zonder verzekering en APK deze niet mag rijden. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat rapporten niet vrijblijvend zijn?

3
In het Gemeentefonds is het onduidelijk waarop het bedrag voor beheer en onderhoud van civiele kunstwerken gebaseerd is. Het aantal inwoners en de oppervlakte van een gemeente lijken leidend te zijn. Het aantal verkeersbewegingen en de tonnage van het vrachtverkeer niet, omdat deze niet bekend zijn. Hoe kan ten behoeve van een eerlijke verdeling van het Gemeentefonds aan die koppeling prioriteit gegeven worden?

4
Het geld uit het Gemeentefonds is niet geoormerkt en kan dus ergens anders aan uitgegeven worden. Wethouders zijn eerder gevoelig voor zichtbaarheid, bijvoorbeeld iets nieuws, dan voor niet zichtbaar onderhoud (daar win je immers geen kiezers mee).  Hoe kan ervoor gezorgd worden dat het bedoelde geld ook echt besteed wordt aan onderhoud?

5
De Algemene Rekenkamer heeft aangegeven geen informatie te hebben over afschrijving van Civiele Kunstwerken (ons nationaal meest waardevolle bezit) en weet dus geen vervangingswaarde. Wanneer, hoe en door wie precies zou die ontbrekende info aangeleverd moeten worden?

6
De stad Utrecht kent de term ‘jong erfgoed’ (ook wel geheten Post 65) en heeft daar beleid op gemaakt. Kennis van de materialen waaruit de bruggen e.d. bestaan, is essentieel, zoals ook de twee prognoserapporten aangeven. Is die kennis er de komende decennia nog?

Overigens is er een Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) die niet onder het Ministerie van I & W valt (dus een andere geldstroom kent). Zouden meer gemeenten er goed aan doen om bepaalde beeldbepalende civiele kunstwerken bij deze rijksdienst onder de aandacht te brengen?

7
Er zijn nog (te) weinig samenwerkingsverbanden tussen overheden en marktpartijen. Wat is een goed werkend voorbeeld en wat is nodig voor een soepel verloop van zo’n samenwerkingsverband?

 

In het kort de drie praktijkvoorbeelden:

  • De Nelson Mandelabrug uit 1992 is eigendom van de gemeente Zoetermeer, waar meerdere inspectierapporten zo’n zeven jaar genegeerd zijn en letterlijk in een Zoetermeerse la verdwenen. Een gedeelte van de A12 moest zelfs tijdelijk afgesloten worden.
  • De Sint Sebastiaansbrug is zowel eigendom van de gemeente Delft als van de provincie Zuid-Holland en staat bekend als een hoofdpijndossier, dat meer dan twaalf jaar heeft voortgeduurd. De brug uit 1963 moest vervangen worden. Mede door dit dossier dreigde Delft echter een Artikel 12-gemeente te worden.
  • De Merwedebrug uit 1961 is eigendom van Rijkswaterstaat, waarbij in 2016 de bij nader inzien zeer ernstige mankementen nog maar net op tijd ontdekt werden. Zodoende werd deze brug met spoed gesloten voor het vrachtverkeer.  De herstelwerkzaamheden die sindsdien regelmatig plaatsvinden, zorgen keer op keer voor verkeershinder in de regio, maar ook zijn er zorgen over bijvoorbeeld aanrijtijden voor de hulpdiensten.

Mandelabrug

Sebastiaansbrug

Merwedebrug